Walnoot
Walnoot of Okkernoot (Juglans Regia)
“Den notten-boom sal vruchten draegen,
Is ’t dat gy hem kastijdt met slaegen”
Adag. Thesaurus (1747)
De naam van de boom verwijst naar de Romeinse Oppergod Jupiter, ‘Juglans’ betekent letterlijk ‘De Eikels van Jupiter”, ‘regia’ betekent ‘koninklijk’.
Bij de Grieken en Romeinen was de Walnoot wegens zijn vele goede eigenschappen aan Zeus/Jupiter gewijd. Ook was de boom gewijd aan Persephone, de Godin van de Onderwereld.
Een mythe verhaalt over een episode uit het leven van Dionysos/Bacchus, toen hij als gast van koning Dion in Laconië verbleef. Alles verliep naar wens tot de God verliefd werd op Carya, Dion’s jongste dochter, en Carya’s jaloerse zusters de koning daarvan op de hoogte brachten. De vertoornde Dionysos veranderde hen in rotsen, en Carya, die plots stierf, veranderde in een Notenboom. Aangezien Carya de gave van helderziendheid bezat werd de boom een orakelboom.
De Walnoot als dodenboom is dan ook tot in onze tijden als zodanig blijven bestaan. In veel Europese landen werden ze op kerkhoven geplant
Op Allerzielen wordt in sommige streken van de Vogezen het haardvuur de hele nacht met een groot blok (het ‘blok der doden”) brandend gehouden en staat er een mand met noten klaar voor de overlevenden die op bezoek komen.